Voorwaarden NOW 2
Zowel bedrijven die nog geen, als al wel gebruik hebben gemaakt van de huidige NOW-regeling, kunnen een aanvraag indienen voor NOW 2. De tegemoetkoming geldt voor de periode juni, juli, augustus en september. De tegemoetkoming kan vanaf 6 juli worden aangevraagd.
De definitieve voorwaarden van NOW 2 zijn op 25 juni door het kabinet gepubliceerd. De verlengde NOW-regeling hanteert dezelfde systematiek van tegemoetkoming als NOW 1. De voorwaarden uit NOW 1 blijven dus voor NOW 2 onverminderd van kracht. De nieuwe regeling bevat echter ook enkele wijzigingen en aanvullende voorwaarden ten opzichte van NOW 1. Wij hebben de belangrijkste voorwaarden en wijzigingen in NOW 2 op een rij gezet.
Omzetverlies
NOW 2 voorziet in een tegemoetkoming in de loonkosten over de periode van juni tot en met september. Net als vrijwel alle andere maatregelen uit het tweede noodpakket, loopt deze maatregel dus vier maanden (tot 1 oktober).
De meetperiode waarover de omzetdaling moet worden berekend, is daarom ook vier maanden. Er moet sprake zijn van een omzetdaling van minimaal 20% in een aaneengesloten periode van vier maanden. Deze periode mag starten op 1 juni, 1 juli of 1 augustus. Voor ondernemingen die ook een beroep hebben gedaan op NOW 1, geldt dat de meetperiode uit NOW 2 moet aansluiten op de meetperiode uit NOW 1. De omzet in de meetperiode moet worden vergeleken met de gemiddelde omzet over vier maanden in 2019 (referentie-omzet).
Let op: als geen sprake is van de aan- of verkoop van een vennootschap, maar wel van een overgang van een onderneming of een afstoting daarvan, dan mag (overgang) of moet (afstoting) een afwijkende periode in acht worden genomen voor het bepalen van de referentie-omzet.
Referentiemaand loon en opslag
Voor NOW 2 wordt de referentiemaand gesteld op maart 2020. Voor ondernemingen die werken met een verloning per 4 weken wordt dit gesteld op de 3e periode van 2020. De loonsom van een 4-wekentijdvak mag worden verhoogd met 8,33%. Anders dan bij de NOW1, wordt in de NOW2.0 geen rekening gehouden met seizoensinvloeden en mag voor de loonsom niet worden uitgegaan van de werkelijke loonsom over juni tot en met september.
Via de NOW wordt een subsidie verleend van maximaal 90% van de loonkosten. Ter bepaling van de loonkosten wordt het loon over maart 2020 gehanteerd, en verhoogd met een opslag. Deze opslag dient ter dekking van sociale lasten, pensioenpremies en vakantiegeld. Onder NOW 1 was de opslag nog 30%, maar onder NOW 2 wordt dit verhoogd naar 40%.
Korting aanvraag ontslag
In aanloop naar de publicatie van Noodpakket 2.0 is veel te doen geweest over de zogenaamde ontslagboete. In NOW 1 werden ondernemingen geconfronteerd met een korting van 150% van het loon van werknemers waarvoor ontslag op bedrijfseconomische gronden werd aangevraagd. Er was sprake van dat deze ‘boete’ zou verdwijnen, maar de boete is uiteindelijk verminderd. Als bij NOW 2 ontslag op bedrijfseconomische gronden wordt aangevraagd in de periode 1 juni tot en met 31 augustus, wordt de NOW2-subsidie gekort met 100% van het loon van de betrokken werknemers. Of het ontslag wordt toegekend of niet, is niet van belang. Bij collectief ontslag van 20 werknemers of meer, moet wel in overleg met de vakbonden (of personeelsvertegenwoordiging) worden getreden. Gebeurt dit niet dan kunnen bedrijven 5% gekort worden op het totale subsidiebedrag.
Verbod op dividend, bonussen en inkoop eigen aandelen
Onder NOW 2 is het niet toegestaan om eigen aandelen in te kopen of om bonussen uit te keren aan het bestuur en de directie van het concern en de rechtspersoon of vennootschap. Dividend uitkeren aan aandeelhouders is evenmin toegestaan. Het verbod geldt over het kalenderjaar 2020 tot en met de datum van de vergadering waarin de jaarrekening over 2020 wordt vastgesteld in 2021. Deze voorwaarden gelden echter alleen als voor de subsidie uiteindelijk een accountantsverklaring verplicht is. Kleinere bedrijven worden hiermee ontzien.
Accountantsverklaring en verklaring derde-deskundige
Bij een definitieve aanvraag van NOW2 moet onder omstandigheden een accountantsverklaring of een verklaring van een derde-deskundige worden gevoegd. Hierbij gelden de volgende uitgangspunten:
- Als het voorschot minimaal € 100.000 bedraagt of de definitieve subsidie minimaal € 125.000 bedraagt, moet bij de definitieve aanvraag een accountantsverklaring worden afgegeven. In de verklaring geeft de accountant zekerheid over het voldoen aan de voorwaarden.
- Bij een minimaal voorschot van € 20.000 en/of een definitieve subsidie van minimaal € 25.000, is een verklaring van een derde-deskundige noodzakelijk. In deze verklaring wordt de omzetdaling bevestigd.
- Als een beroep wordt gedaan op de individuele regeling voor groepsmaatschappijen is altijd een accountantsverklaring nodig, ongeacht de hoogte van het voorschot of de definitieve subsidie.
Wilt u meer weten over het door het kabinet beschikbaar gestelde pakket aan steunmaatregelen? Via onze kennisbank houden we u op de hoogte van alle laatste ontwikkelingen en de voor u belangrijke informatie. Heeft u vragen? Onze specialisten staan graag voor u klaar!